Uit de krant

Kan dialyse de functie van de nieren vervangen?

Bekijk het videofragment: AMD_Dialyse.mp4

De voornaamste functie van de nieren is de zuivering van het bloed. De in het lichaam aanwezige afvalstoffen worden door de nieren naar de urine overgebracht (onder andere door filtering en secretie) en worden zo uit het lichaam uitgeplast. Als de nieren onvoldoende werken zullen deze afvalstoffen in een verhoogde concentratie in het bloed en lichaam aanwezig zijn. Een aantal van deze afvalstoffen zijn schadelijk voor het lichaam als ze in hoge concentratie aanwezig zijn. Zo komt het dat bij nierinsufficiëntie, afwijkingen, symptomen en klachten kunnen ontstaan.

De bloedzuiverende functie van de nieren kan deels vervangen worden door dialyse.

Zowel hemodialyse als peritoneale dialyse zijn in staat om de de filterende functie van de nier over te nemen. 

Om het verwijderingproces door de kunstnier optimaal te laten verlopen, neemt hemodialyse nogal wat tijd in beslag: de behandeling wordt drie maal per week toegepast gedurende meerdere uren. De behandeling gebeurt ofwel op maandag, woensdag en vrijdag ofwel op dinsdag, donderdag en zaterdag, naargelang de voorkeur van de patiënt, en vindt hetzij in de voormiddag, hetzij in de namiddag plaats. In ons centrum is het ook mogelijk om ’s nachts te dialyseren. Men kan ook aanleren om zelf te dialyseren, zodat men de dialyse zelfstandig kan uitvoeren, ofwel thuis, ofwel in de Selfcare. Dit laat toe om langer te dialyseren, zodat er een betere zuivering kan bekomen worden. Bovendien kunnen patiënten die thuis of op de Selfcare dialyseren zelf beslissen op welke tijdstippen ze hun dialyse willen uitvoeren, en zijn ze hiervoor niet afhankelijk van het ziekenhuis.
Het eigenlijke zuiveren van het bloed gebeurt buiten het lichaam, in de “kunstnier”.
Het bloed wordt via steriele leidingen naar de kunstnier gepompt. Om dit mogelijk te maken is een goede bloedtoevoer nodig. Dit wordt bereikt door het aanleggen van een zogenaamde “fistel”. Dit is een verbinding tussen een slagader en een ader. Dankzij deze verbinding ontstaat een groot, krachtig bloedvat, dat voldoende bloed kan leveren voor de dialyseprocedure. De kunstnier bestaat uit een dun membraan met microscopisch kleine gaatjes. Aan de ene kant van het membraan stroomt bloed en aan de ander kant stroomt dialysevloeistof (dialysaat). De afvalstoffen verplaatsen zich (diffusie) uit het bloed doorheen de gaatjes in het membraan naar de dialysevloeistof, waarna het gezuiverde bloed opnieuw naar de patiënt wordt geleid. Ook overtollig water kan ter hoogte van de kunstnier worden onttrokken. De volledige dialyseprocedure wordt uitgevoerd door verpleegkundigen. Indien gewenst, kan de patiënt worden opgeleid om de behandeling zelf uit te voeren. Hij kan dan thuis dialyseren (thuishemodialyse) of in een hiervoor speciaal gereserveerde ruimte in het ziekenhuis (self care hemodialyse).

Bij peritoneale dialyse wordt gebruik gemaakt van de doorgankelijkheid van het buikvlies (de peritoneale membraan); water, ionen, afvalstoffen en glucose kunnen via het buikvlies overgaan naar water in de buikholte, en dit water kan dan via een spoelbuisje (de katheter) het lichaam verlaten, samen met de afvalstoffen. De katheter wordt met één einde in de buikholte (peritoneale ruimte) geplaatsts en met het andere einde doorheen de buikwand naar buiten. De spoelvloeistof (meestal 2 L) loopt doorheen de katheter naar de peritoneale ruimte. Deze vloeistof blijft enkele uren in de peritoneale holte (= verblijftijd). Gedurende deze tijd treden volgende processen op: 1/ verplaatsing van kleine moleculen vanuit het bloed over het buikvlies naar de vloeistof in de buikholte (diffusie); 2/ aantrekken van water vanuit het bloed doorheen het buikvlies naar de peritoneale holte (door hoge concentratie aan glucose in de spoelvloeistof). Na de verblijftijd laat men de spoelvloeistof die nu opgeladen is met afvalstoffen, uit de peritoneale holte weglopen. Na de uitloop laat men onmiddellijk verse spoelvloeistof in de buikholte inlopen. Deze cyclus: inloop-verblijf-uitloop herhaalt zich 3-5 keer per dag. De peritoneale holte is bijna steeds gevuld met spoelvloeistof; de uitwisseling over de peritoneale membraan gebeurt dus bijna continu. Daarom is deze behandeling weinig belastend voor het hart. Afhankelijk van de glucoseconcentratie gebruikt in het dialysaat, wordt meer of minder water onttrokken uit de patiënt (ultrafiltraat). Meestal voert de patiënt de wissels zelf uit, soms de partner, de ouder of eventueel een verpleegkundige. De opleiding van de betrokkenen wordt verzorgd door het dialysecentrum. Bij problemen kan steeds beroep gedaan worden op een verpleegkundige of arts van het dialysecentrum via een wachtsysteem.
CAPD staat voor continue ambulante peritoneale dialyse. In tegenstelling tot deze manueel uitgevoerde peritonelae dialyse, bestaat ook APD: automatische peritoneale dialyse. Bij deze techniek worden de cycli geregeld door een toestel (cycler); de dialyse wordt dan meestal ’ s nachts uitgevoerd. Dit is een ideale techniek voor kinderen.

Terug naar onthaal.